-
1 transformer
transformer [trãsformee]1 (van gedaante) veranderen ⇒ omzetten, omvormen♦voorbeelden:1 zich veranderen ⇒ een gedaanteverandering ondergaan, (veranderd) worden♦voorbeelden:v1) (van gedaante) veranderen, omzetten2) verbouwen3) herleiden -
2 métamorphoser
métamorphoser [meetaamorfoozee]1 (van gedaante) veranderen ⇒ veranderingen ondergaan, zich veranderen -
3 transfigurer
transfigurer [trãsfieguuree]〈 werkwoord〉1 van gedaante veranderen ⇒ een ander aanzien geven, een ander karakter geven
Перевод: с французского на все языки
со всех языков на французский- Со всех языков на:
- Французский
- С французского на:
- Нидерландский